11 t/m 18 oktober
Dit wordt een lastig verhaal, meestal komen de woorden om een stuk te schrijven vanzelf, maar nu niet! Eigenlijk kan ik alleen maar in superlatieven schrijven, want tjonge, jonge wat is de Mont Ventoux overweldigend mooi. Ik zal het toch proberen………………………..

We rijden op een mooie, zonnige dag de Mont Ventoux op! Het is nog redelijk vroeg, dus nog maar weinig verkeer. Natuurlijk is het overgrote deel van het verkeer fietsers. In alle soorten en maten, mannen en vrouwen in strak lycra, een gezin met kinderen, een man in spijkerbroek op een elektrische stadfiets en van heel jong tot best wel op leeftijd. Wij rijden rustig met de camper omhoog, dat telt niet voor iedereen, er zijn ook chauffeurs die als een dolle tussen de wielrenners door schieten. Als we bijna boven zijn komen er ook al fietsers naar beneden, die zijn vanmorgen vast al heel vroeg begonnen.

Het is echt bijzonder, wat een berg is dit! Wat een uitzichten, zeker als we éénmaal boven de boomgrens komen, het is hierboven bijna wit en we zijn zwaar onder de indruk! We vinden een parkeerterrein waar we de nacht door kunnen brengen. En dan snel naar buiten, Boris aan de lijn en lopen. Via een kiezelpad lopen we het laatste stuk naar de top. Dat gaat niet snel, we stoppen steeds om van het uitzicht te genieten en even uit te puffen, want het is behoorlijk steil.

Voor we het allerlaatste stukje lopen, gaan we nog op een traptrede zitten om van het uitzicht te genieten. We raken niet uitgekeken! Een stuk beneden ons komt een man naar boven gelopen met een imposante herdershond. Ik herken hem van de camperplaats en als hij boven is maken we een praatje. Zijn hond was al iets eerder boven en kwam bij ons om Boris zijn waterbak leeg te drinken. De man vertelt dat hij 7 uur gelopen heeft over 17 km! Wauw! Wat een prestatie en dan gaat hij ook terug lopen!

Wij lopen daarna de trap op en zijn dan echt op de top. Hier is het inmiddels een drukte van belang. De fietsers die boven aankomen houden hier pauze, er wordt flink gegeten en natuurlijk wil iedereen op de foto met zijn/ haar fiets! Het doet mij denken aan de sfeer in Santiago de Compostella, waar de lopers en fietsers van de camino zich verzamelen. Het is hier niet zo massaal, maar de euforie is er niet minder om.

Via de weg lopen we terug naar de camper, waar een mevrouw heel enthousiast op ons af komt gelopen. We herkennen dat inmiddels, als iemand zo resoluut op ons af komt is het naar alle waarschijnlijkheid een volger. Dat klopt in dit geval ook, Wilma begroet ons hartelijk en vindt het erg leuk om ons in het echt te zien, even later komt Theo er ook bij en is het al snel erg gezellig. Wij moeten nog even aan het werk om vlog en blog af te maken, maar spreken af om ’s avonds bij hun iets te drinken. Dat hebben we natuurlijk gedaan en ook dit was weer een gezellige ontmoeting!

We genieten volop van de waanzinnige vergezichten op de Alpen, de zonsondergang is fantastisch mooi en we zetten de wekker voor de zonsopkomst. Rob besluit te blijven liggen als de wekker gaat, ik twijfel. Toch ga ik eruit, dit maak je niet vaak mee en dus loop ik om iets over half 8 de berg weer op. Daar heb ik geen seconde spijt van! Wat is het mooi om de omgeving lichter te zien worden, zoveel tinten grijs en rose, het is niet te beschrijven zo mooi. Helemaal boven aangekomen is de zon al op, ik had eerder op moeten staan, maar toch geniet ik met volle teugen van het schouwspel.
Rond 9 uur ben ik terug bij de camper en ga met Boris lopen, Rob maakt ondertussen ontbijt en na de koffie, opruimen en Wilma en Theo gedag zeggen rijden we weer naar beneden. We willen de terugweg rijden voordat de massa wielrenners dat doen, want daar willen we niet tussen rijden, dat gaat namelijk zo idioot hard, dat is geen pretje. Het gebeurt gelukkig ook maar één keer, maar die gast blijft wel met een snelheid van 60 km per uur tegen de camper aanplakken.

We bezoeken een supermarkt en omdat het nog vroeg is brengen we ook een bezoek aan Saint-Remy-de-Provence. Het dorp waar Vincent van Gogh opgenomen is geweest, zijn oor afsneed en enorm productief was. Het is zaterdag, druk, veel gezinnen aan de wandel, toeristen, horeca en winkeltjes, voor mij is het allemaal teveel. De overgang van die prachtige berg naar dit ietwat mondaine plaatsje kan ik even niet handelen. Rob kan dat beter en geniet van de drukte.

We blijven niet al te lang want we moeten nog een overnachtingsplek zoeken. Al snel vinden we zo’n 10 minuten rijden buiten het dorp een parkeerterrein bij een bos. Het is hier op zaterdagmiddag een drukte van belang met wandelaars, maar naar mate de middag vordert wordt het steeds stiller en staan wij nog met 5 campers op het terrein. De volgende ochtend zijn de eerste wandelaars er al heel vroeg, grote groepen vertrekken met flinke rugzakken op de bossen in. Wij maken ons klaar om verder te trekken want vandaag willen we naar de Middellandse zee.

We vinden een mooie vrije plek op de vlaktes van de Camargue, dit waterrijke gebied, vol meertjes, moeras- en grasland, duinen en bossen is enorm groot. Het hele gebied waar wij staan is beschermd gebied. Wij dachten in eerste instantie dat Boris hier lekker los kon rennen, maar de bordjes geven aan dat hij niet buiten de paden mag. Al wij een rondje om gaan kan hij wel los want dan rent hij voor ons uit en kan hij toch even bewegen. De volgende dag pakken we de fiets en hobbelen over gravelpaden, oude asfaltstroken en zand naar Saintes-Maries-de-la-Mer. Het is prachtig om door dit vogelrijke gebied met talloze flamingo’s te fietsen. In het havenplaatsje met een klein oud centrum zijn toch nog redelijk wat mensen op de been. We zoeken een terrasje en genieten van een lunch in de schaduw, want we hebben nog steeds fantastisch weer en in de zon eten vinden wij te warm. Op de terugweg laten we Boris het eerste stuk uit de fietskar, we moeten door grote zandhopen en op de heenweg heeft Rob zijn fiets met kar en hond er doorheen getrokken, maar dat is gekkenwerk. Boris vindt het prima, blijft goed in de buurt, rent met ons mee tot de volgende zandhoop en gaat dan in de schaduw zitten kijken hoe wij ploeteren. Ook het laatste stukje naar de camper mag hij los, even de poten strekken van het gehobbel in de kar.

Als we net in bed liggen begint het te regenen, eerst zachtjes, dan heel hard, dan is het weer even stil en dan begint het opnieuw. We hopen allebei dat we morgen nog wegkomen! De ondergrond waar we op staan is dikke klei. Dat merk ik ’s morgens als ik Boris uitlaat, we zuigen vast in de klei en de 3 meter van de camperdeur tot op het wegdek, dat bestaat uit gravel, is het even stevig ploeteren. Terug bij de camper heeft Boris moeite om de camper in te komen, zijn poten zuigen helemaal vast. De rubbermatjes die wij voor de deur hebben liggen verdwijnen in de slijk als ik er op ga staan om mijn schoenen uit te doen. Daar zit zeker 5 centimeter klei aan vast. Voor ik naar binnen ga ruim ik eerst de matjes op, doe mijn schoenen in de garage en ga op mijn rubber klompen de camper in. Schoonmaken komt wel als we op een andere plek staan.

Dan komt het spannendste moment! Wegrijden zonder vast te komen zitten, we slippen even, maar Rob weet ons op het gravel te krijgen en we slaken allebei een zucht van verlichting! We rijden! Voorlopig is de zon ons goed gezind aan de Franse kust, dus blijven we nog even aan zee.
De video bij dit verhaal staat hier

Je ziet het goed we zijn actief op Facebook, Instagram, Youtube, Threads en Polarsteps. Klik op de logo’s en je komt uit op de juiste plek. Het link symbool (de laatste in het rijtje) gaat naar Polarsteps, we hebben nog geen Polarsteps icoontje.
Geef een reactie